Ijsselmeer
PWN wil zoetwaterbuffer, voorzuivering en nieuw natuurgebied combineren in Klimaatbuffer IJsselmeer

De drinkwaterproductie van PWN is voor zo’n 75 procent afhankelijk van IJsselmeerwater en is daarmee door klimaatverandering steeds kwetsbaarder voor watertekorten en verslechterde waterkwaliteit door verzilting, indikking van verontreinigingen en algengroei. Zo kon het bedrijf in 2018 tijdelijk geen IJsselmeerwater innemen toen een zoutbel zich als gevolg van langdurige droogte ophield voor het innamepunt bij Andijk. Minister Cora van Nieuwenhuizen bereidde toen de uitzonderlijke maatregel voor om schepen zoet water van elders in het IJsselmeer naar PWN te brengen.

In situaties dat het bedrijf tijdelijk geen IJsselmeerwater kan innemen, heeft het een zoetwatervoorraad om Noord-Holland zo’n 5 dagen van drinkwater te voorzien. De Klimaatbuffer, een idee dat PWN sinds 2021 steeds verder uitwerkt, zou deze periode tot 50 dagen verlengen. Met de plannen om rondom de bestaande spaarbekkens drie extra bekkens van 25 meter diepte en een totaaloppervlak van 100 hectare uit te graven, zou zo’n 5 miljoen m3 extra zoetwatervoorraad voor tijden van schaarste worden gecreëerd. 

Tegelijkertijd zou hiermee de noodzaak voor spuien bij de Afsluitdijk als verziltingsbestrijding kunnen afnemen, en in droge perioden meer zoet water beschikbaar kunnen komen voor andere watervragende functies zoals de landbouw en industrie.

Nieuw natuurgebied
Met het zand dat bij de graafwerkzaamheden zal vrijkomen wil PWN rondom de spaarbekkens 150 of 200 hectare nieuw natuurgebied aanleggen, waarin natuurlijke processen het IJsselmeerwater voorzuiveren voordat het via een toevoerrivier de voorraadbekkens instroomt. Hiermee hoopt het bedrijf behalve een in omvang vertienvoudigde voorraad ook een schónere zoetwatervoorraad te creëren, waardoor minder chemicaliën en energie nodig zullen zijn om er drinkwater van te maken. Met de combinatie van natuurontwikkeling en drinkwatervoorziening lijkt PWN een primeur te hebben. Volgens het drinkwaterbedrijf is ‘het toepassen van landschappen op deze wijze en voor dit doel (..) niet eerder gedaan’.

Ook hoopt PWN dat de nieuwe natte natuur een aantrekkelijk leefgebied voor vissen, vogels en (water)planten kan vormen. De Klimaatbuffer wordt gerealiseerd in samenhang met het project Wieringerhoek, dat als hoofddoel heeft om natuurlijke (zachte) land-waterovergangen en drie typen zoete ecotopen te realiseren die in het gebied nog ontbreken: overstroombare graslanden, oeverzones met helofytenvelden (rietmoeras) en ondieptes met ondergedoken waterplanten. De Klimaatbuffer is, net als de Wieringerhoek, onderdeel van de Programmatische Aanpak Grote Wateren (PAGW).

Met de aanleg van het natuurgebied zou het verdwenen buitendijkse natuurgebied ‘de Slibbert’, dat ooit al op de beoogde locatie aanwezig was voordat PWN zich in Andijk vestigde, in zekere mate in ere worden hersteld. 

Ontworpen om te kunnen overstromen
De Klimaatbuffer zal een kleine 2,5 km lang en ruime 1 km breed worden, en zal waarschijnlijk in een halve maanvorm rond de huidige spaarbekkens komen te liggen. Rondom de buffer komt een nieuwe zanddijk met een hoogte van ongeveer 1 meter +NAP, waar golven overheen mogen slaan zodat de nieuwe natuur kan overstromen bij hoogwater. De voorraadbekkens zijn zodanig ontworpen dat ze kunnen meestijgen met hoger waterpeil.

Naast de zanddijk is een brede ondiepe oeverzone richting het IJsselmeer voorzien, voor een natuurlijk peilverloop. Aan weerszijden hiervan moet langs de dijk rietmoeras komen, met ondergedoken waterplanten richting het IJsselmeer. Op de zuidoostelijke punt van de buffer zal een strekdam worden aangelegd om de waterstroming te verminderen. Bij het ontwerp hield PWN rekening met aanbevelingen van onder andere Platform IJsselmeergebied, waarin verschillende landelijke en decentrale overheden en landschapsontwerpers vertegenwoordigd zijn.

Een klein deel van het gebied wil PWN toegankelijk maken voor het publiek, bijvoorbeeld om vogels te spotten. Deelnemers van de Water Challenges IJsselmeergebied werden onlangs uitgenodigd hierover mee te denken, en ook de wensen van lokale dorpelingen worden gehoord.

Pilotproject EU-LIFE Watersource
In mei is PWN gestart met een pilotonderzoek, LIFE Watersource, waarin tot 2028 verschillende natuurlijke waterzuiveringsmethoden worden getest in twee prototype-Klimaatbuffertjes van 0,6 hectare in totaal. De twee zuiverende testlandschappen op de productielocatie in Andijk zijn aangelegd met verschillende begroeiing en hydromorfologische kenmerken: het één een rivierlandschap (kronkelend met snelle doorstroming en veel zuiverende planten), het ander een oeverlandschap (met veel oevers, hoogteverschillen en lagere doorstroming).

Beide worden sinds aanleg doorstroomd met opgepompt IJsselmeerwater. Zodra de vegetatie in de landschappen voldoende gegroeid is, zal (vanaf begin 2026) worden geëxperimenteerd met onder andere een mosselzone (waarin mosselen aan touwen groeien en stoffen, algen en bacteriën uit het water verwijderen), helofyten (zuiverende rietplanten) en oeverfiltratie (waarbij het water langzaam door een laag speciaal zand zakt, om onder andere bacteriën te verwijderen).

Ook zal met verschillende vispassageconstructies zoals een hevelvistrap worden onderzocht hoe gezorgd kan worden dat vissen de zuiverende landschappen makkelijk in- en uit kunnen zwemmen. Verder zal worden gemonitord welke vissoorten de prototype-landschappen als foerageer-, paai- en groeigebied gebruiken.

De onderzoeksresultaten van de pilot zullen worden gebruikt voor het definitieve ontwerp van de Klimaatbuffer, dat PWN rond 2028 gereed wil hebben. Hierin wordt meegewogen welk effect de verschillende zuiveringstechnieken hebben gehad op de waterkwaliteit van het gebufferde zoetwater en de biodiversiteit, en eventuele seizoensinvloeden hierop.   

Digital twin en Spaanse partners
Monitoringsgegevens van alle onderzochte flora en fauna slaat PWN op in een ‘digital twin’, die zal worden gebruikt om te voorspellen hoe het ecosysteem zich zal gedragen. De digital twin zal voor meerdere kennisinstituten, waaronder Wageningen University & Research en KWR Water Research Institute, worden opengesteld om inzicht te krijgen in het project. Op deze manier wil PWN een ‘learning community’ vormen.

De pilot kost zo’n 5 miljoen euro, waarvan PWN 2 miljoen zelf betaalt. De andere 3 miljoen heeft de Europese Unie verstrekt met een LIFE-subsidie, onder voorwaarde dat de bij het project opgedane kennis wordt gedeeld binnen de EU. Zodoende onderzoekt PWN samen met de Spaanse partners Aigües (het drinkwaterbedrijf van Barcelona) en Cetaqua en Aquatec (watertechnologie-instituten) of natuurlijke voorzuivering van oppervlaktewater ook in Barcelona toepasbaar zou zijn. Volgens PWN is het concept ‘kansrijk (..) voor toepassing langs rivieren en in meren in andere landen, waar tijdelijke waterkwaliteitsproblemen (zout, maar ook andere stoffen) middels een buffer kunnen worden opgevangen’, en heeft het ‘potentiële exportwaarde’.

Kosten & baten
De totale kosten voor de Klimaatbuffer zijn nog niet publiek vastgesteld. Wel is binnen het Rijk via de PAGW een bedrag van 15 miljoen euro gereserveerd voor de aanleg van het bijbehorende natuurgebied. Voor de drinkwaterbuffer en overige onderdelen is PWN zelf verantwoordelijk en worden de financieringsmogelijkheden nog onderzocht. De Klimaatbuffer wordt alleen gerealiseerd als er voor het hele project zicht is op volledige financiering. Een optie voor PWN is om de aanleg in twee fasen uit te voeren, om zo de investeringskosten te spreiden. 

De baten van de Klimaatbuffer, zoals een grotere leveringszekerheid van drinkwater, verbeterde waterkwaliteit en grotere ecologische waarde van het IJsselmeer, zijn lastiger in euro's uit te drukken. Hoewel het niet eenvoudig is deze (maatschappelijke) voordelen financieel te kwantificeren, verwacht PWN dat het voorkomen van productiestops, het reduceren van het chemicaliëngebruik en verminderde ecologische kwetsbaarheid op termijn kostenbesparingen en systeemwinst zullen opleveren. 

De komende periode staat in het teken van onderzoek (de LIFE Watersource pilot) en het doorlopen van juridische reguleringsprocedures. Als de pilot succesvol is en alle procedures volgens planning verlopen, wil PWN in 2030 starten met de aanleg, die ruim twee jaar zal duren. In 2035 zou de Klimaatbuffer dan in werking moeten zijn.

14-08-2025