Er zijn in totaal 211 IPPC-vergunningen van de grotere industriële lozers die onder de Richtlijn Industriële Emissies vallen. Hiervan zijn er 172 bezien (ruim 80 procent). Van die 172 zijn er tot nu toe 60 herzien, of vastgesteld dat de vergunning nog actueel is. Voor de overige 516 vergunningen zijn er in totaal 94 bezien. Van die 94 zijn er tot nu toe 61 actueel bevonden of herzien.

Beoordeling
Rijkswaterstaat is al enige tijd bezig met het bezien en herzien van lozingsvergunningen van bedrijven die op Rijkswateren lozen, de zogeheten directe lozingen. De organisatie beoordeelt of de vergunde situatie nog goed aansluit bij de huidige praktijk van het bedrijf en of de lozing nog voldoet aan wet- en regelgeving, zoals de Kaderrichtlijn Water en de Best Beschikbare Technieken.

Lange weg
Demissionair minister Harbers schrijft aan de Tweede Kamer dat Rijkswaterstaat van de in totaal 727 vergunningen er nu 266 heeft bezien. Dat is iets meer dan een derde. Er is dus nog een lange weg te gaan, stelt VEMW. Óf een vergunning moet worden herzien wordt pas duidelijk bij het bezien van de vergunning. Soms is herzien niet noodzakelijk, omdat een vergunning nog steeds actueel is, aldus Harbers.

Capaciteitsgebrek
Rijkswaterstaat kampt, net zoals veel andere overheden en de marktpartijen, met een capaciteitsgebrek voor het bezien en herzien van lozingsvergunningen. Het gaat om arbeidsintensieve werkzaamheden waarvoor specialistische kennis en kunde benodigd is. Het gaat in de regel om grote vergunningen (tientallen tot honderden pagina’s), die technisch en juridisch complex zijn.

Prioriteiten stellen
Rijkswaterstaat geeft in het langlopend traject prioriteit aan de lozingsvergunningen die het meest relevant zijn voor het behalen van de KRW-doelen in 2027. Dit zijn de lozingsvergunningen van IPPC-bedrijven en de vergunningen van kleinere afvalverwerkers.

Actieprogramma
Ook vindt lopend onderzoek naar KRW-probleemstoffen in KRW-waterlichamen plaats. Zo stelde het ministerie van IenW eerder een lijst met 42 chemische stoffen op die de KRW-normen in het oppervlaktewater overschrijden. Het ministerie en het actieprogramma KRW bedrijfsleven willen ze met voorrang aanpakken, bijvoorbeeld door bedrijven aan te sporen inkoop, gebruik en lozing van deze stoffen te voorkomen of te minimaliseren.